Term
|
Definition
|
|
Term
| Hoe spreek je pterodactylus uit? |
|
Definition
|
|
Term
| In welk tijdperk kwam de pterodactylus voor? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat betekent pterodactylus? |
|
Definition
| Zijn naam betekent: ‘vleugelvinger’. |
|
|
Term
| Wat was de spanwijdte van de pterodactylus? |
|
Definition
| Een vleugelwijdte van 50 centimeter tot tweeënhalve meter. |
|
|
Term
| Wat is/zijn de vindplaats(en) van de fosielen van de pterodactylus? |
|
Definition
|
|
Term
|
Definition
Carnivoor (vleeseter), met vele kleine, iets vooruitstekende tanden. Waarschijnlijk vooral viseters, de wendbare vliegers mogelijk ook insecteneters. |
|
|
Term
| Hoe zag de de pterodactylus eruit? |
|
Definition
Hij had een korte nek, kleine staart en een lange schedel en bek. Hij had vleermuisachtige vleugels, een membraan van buitenste vinger naar lichaam met elastische vezels en spierstroken. |
|
|
Term
| Was de pterodactylus warm- of koudbloedig? |
|
Definition
| Hij was warmbloedig, onder andere door de dunne vacht van haren om spieren warm te houden. |
|
|
Term
| Had de pterodactylus holle of compacte botten? |
|
Definition
| Holle, en daardoor ook lichte botten. |
|
|
Term
| Had de pterodactylus goede of slecht ontwikkelde hart en longen? |
|
Definition
| Brede, korte borstkas voor een groot hart en goed ontwikkelde longen. |
|
|
Term
| Waarmee is de pterodactylus met de vleermuis te vergelijken? |
|
Definition
Hij had vingers die afzonderlijk gebruikt konden worden, vergelijkbaar met vleermuizen. Hij kon aan zijn tenen ondersteboven hangen. |
|
|
Term
| Waarom is de pterodactylus geen dinosaurus? |
|
Definition
| Hij was een vliegend reptiel, dus geen dino, hoewel hij er wel aan verwant was. |
|
|
Term
| Wat is het record van de pterodactylus? |
|
Definition
| Hij behoort tot de grootste vliegende dieren aller tijden. |
|
|
Term
| Hoe kond de pterodactylus vliegen? |
|
Definition
| Sommige waren vooral zwevers, andere behendige en wendbare vliegers. |
|
|
Term
| In wat voor een omgeving leefde de pterodactylus? |
|
Definition
| Leefden bij meren en zeeën. |
|
|