Term
| Wat zijn de taken van het bewegingsapparaat? (6 punten) |
|
Definition
| 1. Maken van bewegingen 2. Bescherming 3. Aanmaken van bloedcellen 4. Vorm 5. Stevigheid 6. Houding |
|
|
Term
| Welke soorten beenderen zijn er? (4 punten) |
|
Definition
| 1. Pijpbeenderen 2. Platte beenderen 3. Korte beenderen 4. Onregelmatige beenderen |
|
|
Term
|
Definition
| ledematen, dienen voor de voortbeweging. |
|
|
Term
| Waar bestaat een pijpbeen uit? |
|
Definition
| Een pijpbeen bestaat uit een schacht die hol is en een mergholte bevat. |
|
|
Term
| Waar bestaat de wand van het pijpbeen uit? |
|
Definition
| De wand is compact massief bot. |
|
|
Term
|
Definition
| Aan de uiteinden is het pijpbeen dikker en breder. |
|
|
Term
| Waar bestaat de epifyse uit? |
|
Definition
| De epifyse bestaat uit spongieus bot bedekt met een dunne laag compact bot. |
|
|
Term
| Waar is spongieus bot te vinden in het lichaam? |
|
Definition
| In het inwendige van beenderen. |
|
|
Term
| Waar is het gewrichtsvlak van de epifyse mee bedekt? |
|
Definition
| Een laag gewrichtskraakbeen. |
|
|
Term
| Wat is de epifysairschijf? |
|
Definition
| Bij jonge dieren bevindt zich een groeischijf tussen de epifyse en diafyse. |
|
|
Term
| Wat voor een groei vindt er plaats vanuit de groeischijf en wanneer stopt de groei? |
|
Definition
| Vanuit de groeischijf vindt groei in de lengte plaats, wanneer het pijpbeen volgroeit is verbeent de groeischijf en stopt de lengtegroei. |
|
|
Term
| Wat gebeurt er als de groeischijf te laat sluit? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat gebeurt er als de groeischijf te vroeg sluit? |
|
Definition
|
|
Term
| Waar bestaat het periost rondom een pijpbeen uit? (3 punten) |
|
Definition
| 1. Zenuwen 2. Bloedvaten 3. Beenvormende cellen |
|
|
Term
| Waar zorgen beenvormende cellen voor? |
|
Definition
| De beenvormende cellen zorgen door de diktegroei van het bot bij jonge dieren en bij volwassen dieren als er herstel optreedt na een fractuur. |
|
|
Term
| Welke kleur heeft het beenmerg bij een jong en bij een volwassen dier? |
|
Definition
| Bij een volwassen dier ligt er in de mergholte geel beenmerg, bij een jong dier is dit rood beenmerg. |
|
|
Term
|
Definition
| Bloedvormende substantie. |
|
|
Term
|
Definition
|
|
Term
| Wat zijn platte beenderen? |
|
Definition
| Breed en lang, maar niet dik, hechten aan spieren, biedt bescherming voor organen en produceert bloed in het rode beenmerg. |
|
|
Term
| Waar bestaat een plat been uit? |
|
Definition
| Een plat been bestaat uit twee lagen compact bot met daartussen een laag spongieus bot. |
|
|
Term
| Wat is een kenmerk van korte beenderen? |
|
Definition
| In elke richting dezelfde lengte. |
|
|
Term
| Wat zijn onregelmatige beenderen? |
|
Definition
| Beenderen met een onregelmatige vorm zoals wervels. |
|
|
Term
| Hoe kunnen botten worden ingedeeld op bewegelijkheid? (4 punten) |
|
Definition
| 1. Onbewegelijke verbindingen 2. Weinig bewegelijke verbindingen 3. Bewegelijke verbindingen 4. Gewrichten |
|
|
Term
| Wat zijn onbewegelijke verbindingen? |
|
Definition
| Bij platte beenderen in de schedel en de bekken, door de gekartelde rand passen ze exact in elkaar en kunnen hierdoor niet bewegen. |
|
|
Term
|
Definition
| Dat je nog wel een grens ziet van botstructuren die vroeger los waren maar aan elkaar zijn gegroeid (fontanel). |
|
|
Term
| Wat zijn weinig bewegelijke verbindingen? |
|
Definition
| De botten zijn dan door kraakbeen of spieren aan elkaar bevestigd, bijvoorbeeld ribben en borstbeen. |
|
|
Term
| Wat zijn bewegelijke verbindingen? |
|
Definition
| De botten zijn dan door spieren en gewrichten aan elkaar bevestigd, bijvoorbeeld de voorpoot. |
|
|
Term
|
Definition
| Hond en kat hebben geen sleutelbeen, de romp hangt als het ware in een hangmat van spieren tussen de voorpoten en de schouderbladen in. |
|
|
Term
|
Definition
| Meestal bij pijpbeenderen op de plek waar twee botten samen komen, holle uiteinde is de gewrichtskom, bolle uiteinde is de gewrichtskop. |
|
|
Term
|
Definition
| Gele stroperige vloeistof in de gewrichtsspleet, zorgt voor soepel bewegen, wordt geproduceerd door het gewrichtskapsel. |
|
|
Term
| Wat is een gewrichtkapsel? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat zijn gewrichtsbanden? |
|
Definition
| Ligamenten, zorgen voor stevigheid en dat er geen ongewenste bewegingen gemaakt worden. |
|
|
Term
| Wat houdt naast gewrichtsbanden een gewricht ook stabiel? |
|
Definition
|
|
Term
| Welke gewrichten zijn er op basis van vorm? (5 punten) |
|
Definition
| 1. Scharniergewricht 2. Kogelgewricht 3. Condylgewricht 4. Zadelgewricht 5. Rolgewricht |
|
|
Term
| Wat is een scharniergewricht? |
|
Definition
| Cylindrische kop, buigen en strekken, elleboog. |
|
|
Term
| Wat is een kogelgewricht? |
|
Definition
| Bol vormige kop, buigen, strekken en zijwaartse bewegingen, heup |
|
|
Term
| Wat is een condylgewricht? |
|
Definition
| Vergelijkbaar met een schaniergewricht, maar er zijn twee losse koppen waardoor er buigen, strekken en een lichte draaiing mogelijk is, knie |
|
|
Term
| Wat is een zadelgewricht? |
|
Definition
| Holle kop, buigen en strekken, duim |
|
|
Term
|
Definition
| Kop is een rolletje, draaiende beweging, spaakbeen en ellepijp |
|
|
Term
| Wat kan aan het skelet wordt onderscheiden? (7 punten) |
|
Definition
| 1. Schedel 2. Wervelkolom 3. Borstkas 4. Schoudergordel 5. Voorpoten 6. Bekken 7. Achterpoten |
|
|
Term
| Waar bestaat de schedel uit? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Hersenschedelbeenderen 2. Aangezichtsbeenderen |
|
|
Term
| Waar dienen de hersenschedelbeenderen voor? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Omhullen de hersenholte 2. Bescherming |
|
|
Term
| Waar dienen de aangezichtsbeenderen voor? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat is het foramen occipitale magnum? |
|
Definition
| In het achterhoofdsbeen is een opening, dit is de aansluiting op het ruggenmerg. |
|
|
Term
| Welke soorten schedelvormen zijn er? (3 punten) |
|
Definition
| 1. De metacefale 2. Dolichocefale 3. Brachycefale |
|
|
Term
| Wat is een metacefale schedelvorm? |
|
Definition
| Middelschedelig. Meest natuurlijke vorm, voorbeeld duitse herder. |
|
|
Term
| Wat is een dolichocefale schedelvorm? |
|
Definition
| Langschedelig. Langer dan gemiddeld, voorbeeld windhond. |
|
|
Term
| Wat is een brachycefale schedelvorm? |
|
Definition
| Kortschedelig. Korter dan gemiddeld, voorbeeld pekinees. |
|
|
Term
| Waar bestaat de wervelkolom bij honden en katten uit? (5 punten) |
|
Definition
| 1. 7 halswervels 2. 13 borstwervels 3. 7 lendenwervels 4. 3 heiligbeenwervels 5. 10-23 staartwervels |
|
|
Term
| Wat is kenmerkend aan de cervicale wervels bij zoogdieren? |
|
Definition
| Het aantal cervicale (hals) wervels is bij alle zoogdieren gelijk. |
|
|
Term
|
Definition
| De eerste halswervel, zorgt voor ja-knikken. |
|
|
Term
|
Definition
| De tweede halswervel, zorgt voor nee-schudden. |
|
|
Term
| Hoe kunnen dieren op vier poten lopen zonder dat hun nek gaat hangen? |
|
Definition
| De meeste dieren lopen op vier poten, dit zorgt er voor dat zij altijd hun nek aan moeten spannen om hun hoofd recht op te houden, dit wordt verzorgt door het ligamentum nuchae (nekband). |
|
|
Term
| Welk dier heeft geen nekband? |
|
Definition
| Een kat heeft geen nekband. |
|
|
Term
| Wat vormen de borstwervels? |
|
Definition
| De borstwervels vormen dorsale de begrenzing tussen in de borstholte en zijn vrij groot. |
|
|
Term
| Wat vormen de lendenwervels? |
|
Definition
| Lendenwervels zijn kleiner dan borstwervels en vormen de dorsale begrenzing van de buikholte. |
|
|
Term
| Tot wat zijn de heiligbeenwervels vergroeid? |
|
Definition
| Heiligbeenwervels zijn met elkaar vergroeid tot het heiligbeen, hieraan zijn de bekken bevestigd. |
|
|
Term
| Hoeveel staartwervels hebben de meeste rassen? |
|
Definition
| Meeste rassen hebben 20-23 staartwervels. |
|
|
Term
| Wat vormt de wervelkolom ten opzichte van het gehele skelet? |
|
Definition
| De wervelkolom vormt de basis van het skelet, alle andere botten zijn direct of indirect hieraan ophangen. |
|
|
Term
| Hoe zijn wervels verbonden en wat zijn de uitzonderingen hierop? |
|
Definition
| Wervels worden onderling verbonden door tussenwervelschijven, met uitzondering van de atlas en de axis, deze twee zitten met een synoviaalgewricht aan elkaar. |
|
|
Term
| Waar bestaat de tussenwervelschijf uit en waarvoor dient het? |
|
Definition
| Tussenwervelschijf bestaat uit zeer stevig kraakbeen met daarin een zachte kern, het fungeert als stootkussen. |
|
|
Term
| Waar bestaat de wervelkolom uit? |
|
Definition
| De wervelkolom bestaat uit de wervels met het wervellichaam om deze te verbinden, door deze tunnel loopt het ruggenmerg. |
|
|
Term
| Wat is de functie van de thorax? |
|
Definition
| De thorax berschermt de organen en heeft een belangrijke functie bij het ademhalen. |
|
|
Term
| Waar bestaat de thorax bij hond en kat uit? |
|
Definition
| De thorax van een hond en kat wordt gevormd door 13 paar ribben en het borstbeen. |
|
|
Term
| Wat zijn de sternale ribben? |
|
Definition
| De eerste 9 ribben zijn rechtstreeks verbonden met het borstbeen. |
|
|
Term
| Wat zijn de asternale ribben? |
|
Definition
| De overige ribben zijn indirect verbonden aan het borstbeen, deze zijn verbonden aan de voorgaande ribben. |
|
|
Term
|
Definition
| Heeft geen verbinding met het borstbeen en is verbonden met spieren. |
|
|
Term
|
Definition
| Aantal tukken bot verbonden met kraakbeen, dient als aanhechtingsplaats en bescherming. |
|
|
Term
| Wat is de schoudergordel? |
|
Definition
| Bestaat bij honden en katten voornamelijk uit het schouderblad, het sleutelbeen is bij een hond niet ontwikkelt en bij een kat onderontwikkelt, doel is om de voorpoot te verbinden met de wervelkolom. |
|
|
Term
| Waarvoor dienen de voorpoten bij een hond of kat? |
|
Definition
| Voorpoten van een hond en een kat dienen om de romp te ondersteunen en hebben een voortbewegingsfunctie. |
|
|
Term
| Waar bestaat de voorpoot van een hond of kat uit? (5 punten) |
|
Definition
| 1. Opperarmbeen (humerus) 2. Spaakbeen en ellepijp (radius en ulna) 3. Pols (carpus) 4. Middenvoetsbeentjes (ossa metacarpalia) 5. Tenen (digiti) |
|
|
Term
|
Definition
| bovenarm, vormt het schoudergewricht samen met het schouderblad. |
|
|
Term
| Welke boten vormen het ellebooggewricht? |
|
Definition
| De radius en ulna vormen samen met de humerus het ellebooggewricht |
|
|
Term
|
Definition
|
|
Term
| De carpus bestaat uit 7 botjes; uit welke deelgewrichten bestaat het? (3 punten) |
|
Definition
| 1. Tussen de radius en de bovenste rij ossa carpi 2. De bovenste en onderste rij ossa carpi 3. Tussen de onderste rij ossa carpi en de 5 metacarpalia |
|
|
Term
| Wat is er met de duim bij veel honden? |
|
Definition
| De duim is bij meeste honden afwezig. |
|
|
Term
| Waar bestaat de ondervoet van de voorpoot uit? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Middenvoetsbeenderen 2. Tenen |
|
|
Term
| Hoeveel tenen zijn er aanwezig bij de voorpoten en uit hoeveel kootjes bestaan deze? |
|
Definition
| In de voorpoten zijn er 5 tenen aanwezig, elke teen bestaat uit 3 kootjes (falanges) behalve de eerste meest mediale teen, die heeft er 2. |
|
|
Term
| Wat is de functie van de bekken? |
|
Definition
| dient ter bevestiging van de achterpoot aan de romp |
|
|
Term
| Uit welke botten bestaan de bekken? (3 punten) |
|
Definition
| 1. Darmbeen (os ilium) 2. Zitbeen (os ischium) 3. Schaambeen (os pubis) |
|
|
Term
| Hoe zijn de linker en rechter bekken helften aan elkaar bevestigd? |
|
Definition
| Door middel van de symfysis pelvis. |
|
|
Term
| Waar is het os ilium aan bevestigd? |
|
Definition
| Het os ilium is aan het heiligbeen bevestigd waardoor de bekken verbonden zijn met de ruggenwervels. |
|
|
Term
|
Definition
| Kom van het heupgewricht in de bekken. |
|
|
Term
| Waar bestaat de achterpoot van een hond of kat uit? (6 punten) |
|
Definition
| 1. Dijbeen (femur) 2. Scheenbeen (tibia) 3. Kuitbeen (fibula) 4. Enkel (ossa tarsi) 5. Middenvoetsbeentjes (ossa metatarsalia) 6. Tenen (digiti) |
|
|
Term
| Waardoor zijn de bekken verbonden aan het femur? |
|
Definition
| De bekken zijn door het heupgewricht verbonden aan het dijbeen (femur). |
|
|
Term
| Wat voor een gewricht is het kniegewricht? |
|
Definition
| De knie is een zeer complex condylgewricht, want het femur sluit niet mooi aan op de tibia en fibula. |
|
|
Term
| Het femur sluit niet mooi aan op de tibia en fibula; hoe wordt dit opgelost? |
|
Definition
| Dit probleem wordt ondervangen door de meniscus en de kruisbanden. |
|
|
Term
|
Definition
| Knieschijf, verbening van een pees, boven op de knie die werkt als een soort katrol. |
|
|
Term
| Waar bestaat het onderbeen uit? |
|
Definition
| Onderbeen bestaat uit de tibia en de fibula, de tibia is veel groter en sterker. |
|
|
Term
| De tarsus bestaat uit 7 botjes; uit welke deelgewrichten besstaat het? (4 punten) |
|
Definition
| 1. Tussen de tibia en de bovenste rij ossa tarsi 2. Tussen de eerste en de tweede rij ossa tarsi 3. Tussen de tweede en de onderste rij ossa tarsi 4. Tussen de onderste rij ossa tarsi en de vier metatarsalia |
|
|
Term
|
Definition
| Groot os tari die aan de achterzijde van de tarsus uitsteekt, aan dit bot is de achillespees bevestigd. |
|
|
Term
| Waar bestaat de ondervoet van de achterpoot uit? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Middenvoetbeenderen 2. Tenen |
|
|
Term
| Wat is een verschil tussen de voor- en achterpoot? |
|
Definition
| Een verschil tussen de voor en achterpoot is dat er achter maar 4 tenen zijn in plaats van 5, maar de nummering begint bij 2 (t/m 5), omdat de eerste er ooit in de evolutie wel heeft gezeten. |
|
|
Term
| Hoe worden de tenen van de achterpoot ook wel genoemd? |
|
Definition
| De tenen van de achterpoot worden ook aangeduid met digiti en falangen. |
|
|
Term
| Hoeveel kernen heeft een spiervezel? |
|
Definition
| Een spiervezel heeft meerdere kernen. |
|
|
Term
| Wat ligt er in het cytoplasma van de dwarsgestreepte spieren en wat doen ze? |
|
Definition
| Myofibrillen, deze bundels kunnen contraheren doordat er actieve eiwitten actine en myosine zijn die precies in elkaar passen. |
|
|
Term
|
Definition
| de totale spier is ingepakt in een bindweefselkapsel. |
|
|
Term
| Kunnen er nog spiervezels ontstaan na de geboorte? |
|
Definition
| Na de geboorte worden er geen nieuwe spiervezels meer gevormd, spieromvang is een volumetoename van spiervezels en bij beschadiging ontwikkelt zich littekenweefsel. |
|
|
Term
| Wat gebeurd er als een spier samentrekt? |
|
Definition
| Als een spier samentrekt wordt er kracht uitgevoerd op twee botten. |
|
|
Term
|
Definition
| Spierweefsel kan niet zelfstandig uitrekken, voor elke uitrekking is er een tegenwerkende kracht nodig. |
|
|
Term
|
Definition
| Taai bindweefsel, wordt beschermd door een slijmbeurs die gevuld is met synovia en/of door een vlies (tendovagina). |
|
|
Term
| Waaruit wordt bindweefsel van pezen gevoed en is dit efficient? |
|
Definition
| Bindweefsel van pezen wordt gevoed vanuit de peesschede dit is niet efficiƫnt en daarom duurt herstel lang. |
|
|
Term
|
Definition
| kraakbeen in een pees die werken als een katrol (net zoals de patella). |
|
|
Term
| Wat is de grootste kauwspier? |
|
Definition
|
|
Term
| Waarin kunnen spieren verdeeld worden? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Extensoren (strekkers) 2. Flexoren (buigers) |
|
|
Term
| Waartoe behoren de tussenribspieren? |
|
Definition
| De tussenribspieren behoren tot de ademhalingspieren. |
|
|
Term
| Wat is het middenrif en waar bevind het zich? |
|
Definition
| Het middenrif is een stevige dunne plaat van spieren en pezen die de borstholte van de buikholte scheidt. |
|
|
Term
| Wat is de grootste extensor in de voorpoot? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat is de grootste flexor in de voorpoot? |
|
Definition
|
|
Term
| Welke soorten buikspieren zijn er? (4 punten) |
|
Definition
| 1. M. obliquus externus 2. M. obliquus internus 3. M. transversus 4. M.rectus abdominis |
|
|
Term
| Wat is de M. obliquus externus? |
|
Definition
| Buitenste schuine buikspier. |
|
|
Term
| Wat is de M. obliquus internus? |
|
Definition
| Binnenste schuine buikspier. |
|
|
Term
| Wat is de M. transversus? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat is de M.rectus abdominis? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat is de grootste extensor in de heup? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat is de grootste extensor in de knie? |
|
Definition
| De m. quadriceps femoris. |
|
|
Term
| Waar bestaan de hamstrings uit? (3 punten) |
|
Definition
| 1. M. biceps femoris 2. M. semimembranosus 3. M. semitendinosus |
|
|
Term
| Van waar tot waar lopen de staartspieren? |
|
Definition
| De staartspieren lopen vanaf het bekken naar de eerste staartwervels |
|
|
Term
| Waar bestaat de staartwortel uit en waar dient het voor? |
|
Definition
| De staartwortel bestaat uit een relatief dikke spieren, dient voor communicatie en evenwicht. |
|
|